Lees hieronder het gehele artikel zoals verschenen in de Volkskrant.
Psycholoog Wim van Dijk richtte een partij op om mensen hun laatstewilpil te verstrekken
Bij de Tweede Kamerverkiezingen dingt een partij mee die pleit voor de laatstewilpil voor mensen die vinden dat hun leven ‘voltooid’ is. Met dit middel kunnen mensen zonder tussenkomst van een arts een eind aan hun leven maken. Onder de naam Nieuwe Democratie schreef Wim van Dijk (77) uit Den Bosch zich in met zijn politieke partij, die inmiddels door de kiesraad is geaccepteerd.
‘Mensen moeten het recht hebben over hun eigen leven en dood te beschikken’, zegt Van Dijk. ‘Een mooie dood, dat klinkt raar. Maar dat is het niet. In onze maatschappij ligt de nadruk vaak te sterk op beter worden. Je mág niet doodgaan, je mag niet opgeven. Je moet vechten tot het einde. Het dondert niet wat de kwaliteit van leven is. Maar we moeten zorgen voor een goede dood. Er moet aandacht zijn voor de kwaliteit van het levenseinde.’
Opvallend is dat zijn politieke partij op de site de naam van het laatstewilmiddel vermeldt, inclusief voorlichting over de inname. ‘Daar doe ik niets strafbaars mee’, zegt hij.
Van Dijk noemt zijn plan de ‘alternatieve route euthanasie’. Volgens zijn partij moet het laatstewilmiddel niet zomaar beschikbaar zijn: dat kan pas na gesprekken met een levenseindebegeleider, die controleert of er geen sprake is van misbruik. Deze oordeelt echter niet over de vraag of iemand ondraaglijk lijdt en of het leven wel voltooid is: dit is aan de burger zelf. ‘Het draait om de eigen regie’, aldus Van Dijk. Volgens hem hebben veel mensen hier behoefte aan, omdat artsen niet altijd bereid zijn tot euthanasie.
Zijn politieke partij vertoont enige overeenkomsten met de initiatiefwet van D66-Kamerlid Pia Dijkstra, die zich inzet voor 75-plussers met een ‘voltooid leven’, en met Coöperatie Laatste Wil (CLW), de organisatie die pleit voor vrije beschikbaarheid van een laatstewilmiddel. Uit onderzoek van de Volkskrant bleek eerder dat dit middel via netwerken ondergronds wordt verspreid.
Pil als ‘nieuw begin’
Zijn partij is niet aan de CLW verbonden. Wel sprak Van Dijk als vrijwilliger en psycholoog tijdens huiskamergesprekken voor de organisatie met tientallen mensen die een laatstewilmiddel aanschaften. Volgens hem voelden veel mensen zich naderhand opgelucht en ervoeren ze de aanwezigheid van de pil in huis als een ‘nieuw begin’ van hun leven.
Van Dijk kwam op het idee voor zijn partij toen hij vijf dagen en vier nachten bij zijn vrouw zat die in het verpleeghuis op haar dood lag te wachten. Ze was ernstig dement, had haar heup gebroken en had pijn. ‘Ik zei tegen de arts dat ze euthanasie had gewild – ze had een wilsverklaring’, vertelt hij. ‘Maar de arts zei: dat doe ik niet, want dan ben ik strafbaar. Ik zei: dan doe ik het zelf wel, geef mij het spul maar. Maar hij zei dat hij dan ook strafbaar was.’
Dag en nacht waakte hij bij haar. ‘Ze kon niet meer eten, niet meer drinken. Alleen nog maar pijn lijden. En ik vroeg me af: waarom moet dit zo?’ Na vijf dagen overleed ze, haar hand in zijn hand. ‘Als ik dat middel had gehad’, zegt hij, ‘dan had ik haar geholpen. Dat is wat ze had gewild. Als de arts het me daarna had gevraagd, dan had ik het toegegeven. Met het risico op vervolging.’
Steeds meer vraag
Van Dijk voorspelt dat de vraag naar een laatstewilmiddel in Nederland zal toenemen. Het aantal mensen met dementie zal de komende jaren sterk stijgen. Volgens zijn plannen hebben mensen die dit hun wilsverklaring correct vastleggen ook bij wilsonbekwaamheid recht op het middel.
Hij is nog niet zeker van een plek op het stembiljet in maart: daarvoor moet hij in elk van de twintig kieskringen tenminste dertig ondersteuningsverklaringen van kiezers zoeken. Doorgaans vallen daardoor veel partijen af. Veel vrienden raadden hem af om de politiek in te gaan. ‘Mensen zeiden: waar begin je aan? Het kost veel energie en klauwen met geld. Ik ben een politicus die geen oneliners gaat verzinnen. Maar ik wil wel iets in beweging zetten. Een groot deel van Nederland wil eigen regie en toegang tot zo’n middel. Waarom doen politici daar niets aan?’
Of het risico op zelfdoding door zijn plannen toeneemt? ‘Een onverwachte zelfdoding richt veel meer schade aan dan dit’, zegt hij. ‘De achterblijvers houden dan altijd de vraag: had ik dit kunnen voorkomen? Als iemand een laatstewilmiddel heeft, dan kan hij de mensen om zich heen voorbereiden. Hij kan duidelijk maken waarom het zo goed is. Zodat er acceptatie is. Levenseindebegeleiders kunnen daarin coachen. Dan kan er een mooi afscheid komen.’